Wanneer woon je eigenlijk samen? Co-housen?
Veel jongeren kiezen ervoor om met elkaar een huis te delen. Woonruimte is, zeker in de grote steden, onbetaalbaar geworden, helemaal voor alleenstaanden. Als alleenstaande moet je de huurprijs zelf betalen, en dat is vaak niet op te brengen. Door een woning met anderen te delen, worden de financiële lasten wat dragelijker.
Volgens de RVA (Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening) geldt dat je pas als samenwonend wordt beschouwd wanneer je bepaalde activiteiten in huis gezamenlijk doet, zoals de was, samen koken, eten, inrichten en poetsen, én de kosten daarvoor deelt. Deel je alleen de huur, de lasten en een aantal ruimtes zonder gezamenlijke huishoudelijke activiteiten, dan word je doorgaans niet als samenwonend gezien en behoud je je recht op een uitkering als alleenstaande.
Hoe en wie bepaalt of ik samen of alleen woon?
samenwonend = iemand die niet effectief alleen woont en niet gezien kan worden als een werknemer met gezinslast.
Alleenwonend = persoon die effectief alleen woont en zich bovendien niet in een situatie bevindt waarin hij beschouwd wordt als een werknemer met gezinslast (bijv. omdat hij onderhoudsgeld moet betalen)
Om echt van een samenwonende persoon te spreken, moet je aan 2 voorwaarden voldoen.
- Onder hetzelfde dak wonen, je haalt hier een financieel voordeel uit
- Je moet samen wonen en het huishouden delen en daar samen beslissingen over nemen. Bijvoorbeeld samen beslissen over de inrichting van het huis, wie de boodschappen doet, en wie de maaltijden klaarmaakt.
Ze kijken dan of je als persoon economisch en financieel onafhankelijk bent van je medebewoners. Als je hier ooit problemen mee hebt moet je een aantal zaken zelf kunnen bewijzen. Natuurlijk is elke situatie uniek en moet deze apart beoordeeld worden door de verzekeringsinstellingen. Er zijn een aantal criteria om iemand die met anderen samenwoont toch als alleenstaand te beoordelen. Enkele hiervan zijn een eigen huurcontract met een vaste maandelijkse betaling, aparte en afsluitbare kamers, zelf zorgen voor persoonlijke hygiëne (kleding, wasproducten, toiletpapier), zelf medische kosten betalen (medicatie, doktersbezoeken)...
Fiscaliteit:
Fiscaliteit bij samenwonen
- Als je feitelijk samenwoont, word je fiscaal gezien als alleenstaand. Je moet dus apart aangifte doen en je wordt apart belast.
- Als je wettelijk samenwoont (met een verklaring bij de gemeente), word je fiscaal gezien als gehuwd. Je doet een gezamenlijke aangifte en wordt samen belast. In het jaar van samenwonen doe je nog aparte aangiftes, vanaf het jaar erna doen jullie samen aangifte.
Kan ik mijn wettelijke samenwonende partner die niet werkt ten laste nemen?
Je kunt je wettelijk samenwonende partner nooit ten laste nemen.
Als jij of je wettelijk samenwonende partner geen of weinig inkomen heeft (bijvoorbeeld loon, werkloosheidsuitkering of pensioen), heb je automatisch recht op het 'huwelijksquotiënt'. Dit betekent dat een deel van het inkomen van de partner die het meest verdient, naar de andere partner gaat. Dit deel wordt dan belast tegen een lager tarief, waardoor je minder belasting moet betalen. Hier zijn wel enkele voorwaarden aan verbonden.
Het huwelijksquotiënt wordt niet toegepast als je daardoor meer belasting zou moeten betalen.
Wil je hier graag meer over lezen, bekijk dan de website van de FOD.
Meer info rond je gezinssituatie kan je vinden op Huwelijk en samenwonen | FOD Financiën
Groeipakket = kinderbijslag
In principe krijgen de ouders het groeipakket toegewezen maar een jongere kan het Groeipakket zelf ontvangen onder bepaalde voorwaarden. Dus zodra het kind een domiciliewijziging doorvoert en op een nieuw adres woont kan het Groeipakket doorgestort worden naar het kind, maar:
- Samenwonen met een partner: Als een jongere bij een vriend of vriendin gaat wonen, wordt het Groeipakket aan de partner uitbetaald. Maar als de jongere zelf verantwoordelijk is voor de opvoeding, kan die het Groeipakket zelf blijven ontvangen.
- Co-housing of samenwonen met anderen: Het Groeipakket gaat naar degene die in het rijksregister staat als gezinshoofd van de woning. Maar ook hier geldt: als de jongere zelf de opvoeding doet, kan het Groeipakket direct naar hen gaan.
Ter info: Vanaf 18 jaar tot en met de maand dat het kind 25 jaar wordt, kan er nog een recht zijn op het Groeipakket als je kind voldoet aan studie- en tewerkstellingsvoorwaarden.
Werkloosheid
Indien je werkloos bent en samenwoont, kun je bij de RVA aangeven dat je een co-housing situatie hebt zonder gedeeld huishouden. Je moet daarbij bewijs aanleveren dat je als alleenstaand moet worden beschouwd. Voorbeelden van bewijsstukken zijn aparte huurcontracten, betaalbewijzen van nutsvoorzieningen, of documenten waaruit blijkt dat je zelfstandig leeft.
Als je samenwoont, kan dit grote gevolgen hebben voor je werkloosheidsuitkering. Enkele belangrijke punten zijn: lagere uitkering voor samenwonenden, minimale uitkering die verandert na 3 maanden tenzij je alleen woont, verschil in maximale uitkering...
Ziekte & invaliditeit:
Een verzekeringsinstelling (= de mutualiteit die de uitbetaling van de arbeidsongeschiktheid doet) gaat uit van de hoofdverblijfplaats in het Rijksregister.
- Wanneer je minder lang dan één jaar arbeidsongeschikt bent, maakt je gezinssituatie enkel vanaf de 4 maand een verschil in je minimumuitkering. Wanneer de uitkering berekent op 60% van je brutoloon onder een bepaald bedrag ligt, heb je recht op een minimumuitkering. Je hebt recht op een hogere minimumuitkering als je alleenstaand bent dan wanneer je samenwoont.
- Wanneer je langer dan één jaar arbeidsongeschikt bent, zorgt het feit of je als alleenstaand bent of samen woont, voor een verschil in het bedrag van je uitkering. Een alleenstaande ontvangt een uitkering die 55% van het laatste brutoloon bedraagt, terwijl een samenwonende persoon een uitkering van 40% van het laatste brutoloon bedraagt.
- Om als co-housing erkend te worden moet je bewijsstukken kunnen aanleveren aan je verzekeringsinstelling. Enkele voorbeelden zijn een kopie van de huurovereenkomst waaruit blijkt dat de arbeidsongeschikte persoon afzonderlijke kamers huurt in de woning van de verhuurder, documenten die aantonen dat je zelf instaat voor jouw levensonderhoud zoals facturen van de elektriciteit of water...
Voor concrete vragen hierover neem je best contact op met RVA.
Leefloon:
Als je een leefloon aanvraagt en samenwoont, kijkt het OCMW naar twee dingen:
- Wonen onder hetzelfde dak – Het maakt niet uit of jullie getrouwd zijn, familie zijn of geen band hebben; als jullie financiële zaken delen, geldt dit als samenwonen.
- Gezamenlijk huishouden – Het OCMW kijkt of jullie samen het huishouden organiseren.
Alleenstaand? Alleenwonend?
Ook hier zal de verzekeringsinstelling meerdere bewijsstukken opvragen zoals bijvoorbeeld: apart huurcontract met maandelijkse betalingen, facturen die laten zien dat je zelf verantwoordelijk voor je eigen nutsvoorzieningen zoals internet of water, een afsprakennota met je medebewoners waar in staat dat je geen gemeenschappelijk huishouden hebt...
Tijdsaspect bij minimumuitkeringen
Voor arbeidsongeschikten maakt de gezinssituatie een verschil vanaf de 4e maand. Vanaf dan krijg je als alleenstaande een hogere minimumuitkering dan samenwonenden.
Onderzoek door OCMW
Bij een leefloon onderzoekt het OCMW jouw inkomen en dat van je medebewoners om te bepalen of je als alleenstaande of samenwonende wordt gezien. De financiële voordelen van samenwonen spelen hierbij een rol.
Bekijk steeds de laatste aanpassingen op de website van RVA en van de overheid.
Hoe worden inkomsten meegeteld?
Alle inkomsten tellen mee, tenzij ze specifiek zijn uitgesloten. Dit geldt ook voor uitkeringen uit België of het buitenland. Als je samenwoont met je partner, echtgenoot of iemand met wie je een huishouden deelt, houdt het OCMW rekening met hun inkomsten. Ook de inkomsten van inwonende ouders of kinderen kunnen gedeeltelijk worden meegenomen.
Stel dat je samenwoont en jouw partner verdient €1.400 per maand. Dan wordt dat inkomen als volgt berekend: €1.400 - €809,4 (het leefloonbedrag voor samenwonenden) = €591,6. Dit bedrag wordt afgetrokken van jouw leefloon, waardoor je uiteindelijk €217,8 zou ontvangen.
Je vindt trouwens ook een goed overzicht voor de samenwonenden in alle stelsels over de samenwonenden in het onderstaande document. https://www.ccrek.be/sites/default/files/Docs/2023_42_AfstUitkBudgImpact.pdf
Heb je meer vragen over werkloosheid, kijk dan via Mijn ABVV of ga op zoek naar het ABVV-kantoor in jou buurt.